PTSS – EMDR

PTSS ….   heb ik dat en nu…?

Bron: Teleac

Kopzorgen … Posttraumatische stress-stoornis

Onverwachte, ernstige ervaringen zoals een ramp, een oorlog, overval of aanranding kunnen het vertrouwen in jezelf en in de wereld ernstig aantasten. Is er blijvend sprake van hevige angst, slapeloosheid, schrikachtigheid en herbelevingen, dan spreek je van een PTSS. Hoe onderscheidt een PTSS zich van een ‘normale’ verwerking van traumatische gebeurtenissen? Welke behandelingen zijn er en hoe krijg je je leven weer op de rails?

 Achtergrondinformatie PTSS

Ziektebeeld Een posttraumatische stress-stoornis is een angststoornis die ontstaat, wanneer een trauma om de een of andere reden niet goed verwerkt kan worden. Onverwachte en schokkende gebeurtenissen zoals inbraken, overvallen, ernstige ziekte en pijn, verkrachtingen, (auto)ongelukken, oorlogsgeweld enzovoort, leiden nadien vaak tot lichamelijke en geestelijke klachten. Dit soort stressreacties zijn normaal, want een schokkende ervaring tast alle veilige en vertrouwde kaders van het leven aan en moet verwerkt worden. Wanneer de klachten echter niet binnen afzienbare tijd vanzelf over gaan, is er sprake van een posttraumatische stress-stoornis. Het kan echter ook zo zijn dat mensen pas na maanden of jaren last krijgen van de traumatische ervaring. Dit betreft vaak slachtoffers van incest en mensen met oorlogservaringen. Ook dan spreekt men van een PTSS.

 

De verschijnselen van PTSS zijn heel verschillend en wisselen elkaar af. Ze zijn in drie categorieën in te delen:  

  1. Herbeleving. Bij herbeleving dringt de traumatische gebeurtenis zich telkens weer aan het slachtoffer op zodat het lijkt of hij alles weer opnieuw beleeft. Dit leidt tot nachtmerries en slecht slapen of tot hevige angstgevoelens en paniek aanvallen.  
  2. Vermijding. Bij vermijding probeert men de traumatische ervaring te verdringen bijvoorbeeld door extreem hard te werken (workaholic) of door overmatig drinken. Mensen met vermijdingsgedrag ervaren een soort gevoelloosheid alsof ze op de automatische piloot leven en sluiten zichzelf vaak af voor hun omgeving.  
  3. Verhoogde waakzaamheid. Mensen hebben het gevoel constant alert te moeten zijn wat leidt tot gejaagdheid, stress, schrikachtigheid en overgevoeligheid, concentratieproblemen, grote vermoeidheid met gelijktijdig slaapproblemen, somberheid en prikkelbaarheid met huilbuien.

Wil men zelfstandig proberen de traumatische gebeurtenissen te verwerken, dan is het belangrijk te proberen de gevoelens van angst en ontreddering te accepteren. Erover praten met vertrouwde mensen kan daarbij helpen de gebeurtenissen een plaats te geven. Steun van de omgeving is erg belangrijk. Maar men kan ook professionele hulp zoeken. Dat kan via de huisarts of via gespecialiseerde instanties zoals bijvoorbeeld Bureau Slachtofferhulp of het RIAGG. De behandeling zal vaak bestaan uit (gebeurtenisgerichte) psychotherapie. Psychotherapie is gericht op het bespreekbaar maken van de traumatische gebeurtenis en alle emotionele en lichamelijke reacties zoals angst, pijn en verdriet. Doel van de behandeling is onder andere om de traumatische gebeurtenis een plaats in het verleden te geven zodat ze zelf weer normaal kunnen functioneren in het heden. De therapie kan individueel of in groepsverband plaatsvinden. Medicijnen kunnen de therapie ondersteunen. Ze maken het verwerkingsproces draaglijker, maar kunnen het niet vervangen.

 

EMDR staat voor Eye Movement Desensitization & Reprocessing. Het is een behandelmethode voor PTSS die sinds een jaar of tien wordt toegepast. In een relatief klein aantal sessies weet men een goed resultaat te bereiken. De methode is gebaseerd op de ontdekking dat snelle oogbewegingen (rapid eye movement), gecombineerd met het gelijktijdig oproepen van beelden van de traumatische gebeurtenissen, het ‘informatieverwerkingssysteem’ van de hersenen stimuleren. Hierdoor treedt een kalmerend effect op en verliest het traumatische beeld zijn emotionele lading. De klachten en symptomen van de PTSS nemen af of verdwijnen.

Voor partners, vrienden en familieleden is het vaak moeilijk te bepalen hoe om te gaan met iemand die een traumatische ervaring achter de rug heeft. Zeker als dat alweer een tijdje geleden lijkt.

Over het algemeen is het belangrijk dat het slachtoffer zijn verhaal kan blijven vertellen.
Ook al is het keer op keer hetzelfde verhaal. De gebeurtenis kan veel langer nawerken dan de omgeving zich vaak realiseert. Adviezen als “probeer het eens te vergeten” werken vaak averechts.
Beter werkt het om het slachtoffer te vragen aan wat voor steun hij behoefte heeft. De persoon in kwestie moet het gevoel terugkrijgen zelf controle over zijn leven te hebben. Het is dus niet goed iemand teveel uit handen te nemen. Het slachtoffer kan kampen met schuldgevoelens. Hoewel misschien onterecht, helpen ze hem vat te krijgen op wat er gebeurd is. Ze moeten dus serieus genomen worden en niet ‘weggepraat‘ worden.
Tenslotte is het belangrijk zelf steun te zoeken als de situatie u teveel dreigt te worden. Dat kan bij vrienden of familie, maar ook bij professionele hulpverleners.